ADD en Voeding: Het Feingold Dieet

Vele ouders van kinderen met ADHD (of het subtype ADD) zoeken een weg via de alternatieve geneeskunde om in plaats van, of naast, medicatie de stoornis te behandelen. In veel gevallen wordt daarbij een link gelegd tussen ADD en voeding. De meest bekende dieetinterventie is het zogeheten Feingold dieet, vernoemd naar de grondlegger Dr. Feingold een vooraanstaand allergoloog en kinderarts.

Het Dieet van Dr. Feingold

Historisch gezien was Dr. Benjamin Feingold de eerste die een verband tussen ADHD en voedsel meende te hebben ontdekt. Dr. Feingold publiceerde in 1979 het ‘Cookbook for Hyperactive Children’, dat momenteel nog veel in antiquariaten te vinden is. Hij meende dat veel van de hyperactiviteit die sommige kinderen met ADHD kenmerkt, aan verkeerd voedsel zou kunnen worden toegeschreven. Om ADHD te behandelen of de symptomen te verminderen, stelde Feingold een dieet voor dat van vrij was van bepaalde voedingssupplementen. Volgens Feingold moest men kunstmatige kleurstoffen, kunstmatige smaakstoffen en natuurlijk voorkomende salicylaten in voedsel te vermijden. Dit betekent dat het dieet van Feingold het nodige van iemand vraagt. Een klein lijstje met voedingsmiddelen die volgens Feingold vermeden moest worden zijn:

  • amandelen, appelen, abrikozen, allerlei bessen, kersen, kruidnagels, koffie, komkommers en groenten in het zuur, bessen, druiven, rozijnen, nectarines, sinaasappelen, perziken, peper, pruimen, mandarijnen, thee, tomaten, aspirine en andere types van medicijn, muntsmaakstof

Wat daarentegen aan te raden is, zijn de volgende producten:

  • Vruchten: bananen, grapefruit, kiwi’s, citroenen, mangoles, papaja's, peren, ananas, watermeloen. Groenten: spruiten, bonen, bieten, broccoli, kool, wortelen, bloemkool, sla, paddestoelen, uien, erwten, aardappels, spinazie, suikermaïs,

Opeenvolgend Onderzoek:

Dit dieet is gebaseerd op de theorie dat vele kinderen met ADD een voedselintolerantie hebben, en dat het elimineren van bepaalde supplementen het leren verbeterd en gedragsproblemen kan verminderen. Ondanks een paar positieve studies, steunen de meeste gecontroleerde studies deze hypothese niet. Helaas bleek slechts een zeer beperkte subgroep van de ADHD populatie (minder dan 5 %) hierop gunstig te reageren, en dan nog voornamelijk die kinderen met een voorgeschiedenis van allergische voedingsreacties. Men kan dus stellen dat wetenschappelijke onderbouwing voor de werkzaamheid van dit dieet niet is geleverd. Anderzijds lijkt het in een klein deel van de gevallen wel effectief.